Geluk bij een ongeluk

Volgens Jan Joris brengen moeders die komen kijken bij schaken ongeluk, en dat zegt hij op zaterdag de viertiende, ongeluk ja, een beetje zoals nonnen in een trein of het binnenhuis openen van een paraplu, zoals het schilderij van Margrite met dat glas water, of met z’n drieën op de foto dat volgens de Indische traditie slecht nieuws betekent voor de middelste persoon, zoals de zus van Frank van Indië me vorige week vertelde, maar als je zo vaak verliest als ondertekende kan je de schuld moeilijk aan je moeder geven, al is zij natuurlijk in zekere zin de schuld van alles, als je zo vaak verliest kan je aan alles wel de schuld geven, aan je gebrek aan een vette bek, omdat de lunch met patat pinda en frikandel XL aan je neus voorbij ging, zodat je het met crompouce moest doen, of het ligt aan de trainingen van Sipke die je al jaren wil volgen maar er telkens nooit van komt, aan allerhande tactisch gedoe waardoor je aan strategie niet toekomt of andersom, aan het paard op b1 dat je gedurende de gehele partij raar aanstaart, het is altijd goed om in een verslag wat coördinaten te noemen, dat staat toch een stukje officiëler, en dan lijkt het alsof je er ondanks je verlies toch een beetje verstand van hebt, en dat paard je nog steeds aanstaart op d2, en zelfs tegen je praat, ook op f3, als ware het Ed, en je toefluistert dat je er niets meer van kan, omdat je de teugels al tijden niet meer strak in handen hebt, en je ondanks dat je tegenstander naar een pion vernoemd is je geen goede pionzet doet, of je geeft gewoon de schuld aan het ontbreken van het heilige vuur, dat bijvoorbeeld wel bij Mathijs aanwezig is die misschien niet de allerbeste partij van zijn leven speelt, maar wel vecht en een plan heeft, twee voorwaarden voor een winnende schaakpartij, beter een slecht plan dan geen plan, was het Kasparov die dat zei, zoals ook Arjan wint door misschien niet altijd de beste te doen, maar tenminste geen heel erg slechte en het eerst met twee torens en paard lastig had tegen de zwarte vorstin, maar toen met twee torens zonder paard het vrij gemakkelijk had tegen dezelfde zwarte vorstin, die de handdoek in de ring gooide, misschien wat prematuur of toch niet, maar in hogere zin allang verloren stond, het tegenovergestelde van Pastoor, die in ogenschijnlijk gelijke stelling het remiseaanbod van z’n tegenstander aanneemt om later te ontdekken dat hij minder tot verloren staat, of dan Koen die de gehele partij werd uitgelachen door z’n tegenstander, maar dat komt omdat z’n tegenstander fysiek niet anders kan dan zitten en onbeweeglijk lachen, zelfs zijn teamgenoten zeggen dat hij altijd lacht, en ze hebben hem nog nooit neutraal zien kijken of zien huilen, iets met de verhouding van z’n kaken tot z’n gehemelte of misschien iets met medicatie ofzo, hetgeen hem een ietwat boeddhistische uitstraling geeft, Suske en Wiske en de lachende kabouter of Kuifje in het land van de grijnzende monnik, geef er een naam aan, maar ook Koen die de aloude schaakwet logenstraft dat een kind je 100 ratingpunten kost en ook vandaag het beslissende halfje pakte, want Emma is uitzonderlijk, of Jan Joris die naar eigen zeggen de winst voor het grijpen had en daarna remise voor het grijpen had en toen het verlies greep tegen het slechtere broertje Zwirs en Renze die weliswaar het prachtige en toch ook wel een beetje thematische d5 miste tegen het betere broertje Boel en toen nog knap afwikkelde naar de puntdeling en Hendrik op tijd z’n favoriete kledingstuk uit de klerenkast pakte: het kwaliteitsoffer, de specialiteit van het gekkenhuis en waarvan hij misschien wel samen met Floris de grootste liefhebber is uit ons team, diezelfde Van Assendelft die samen met Paul, Frits en Tjaart op afstand meeleven en zien hoe we nipt een teamzege behalen, en het teamsucces daar gaat het om, dat moet je jezelf wel voorhouden als je zelf nooit meer wint, en wie ben ik dan om mijn teamgenoten te beschuldigen van onnodig risico’s nemen, zoals bij onze vrienden van SISSA wel gebeurt, openlijk in het verslag nog wel, zonder acht te slaan op de tere zieltjes van de Gen-Z’ers, hetgeen eindelijk eens tot wat apolitieke polemiek leidde in het SISSA-appgeroep, maar LOS is een nette verenging, daar gebeurt dat soort zaken niet, zodat het misschien ooit in ons schakende leven nog gaat voorkomen dat we promoveren naar de eerste klasse, misschien wel dit seizoen, als we winnen van onze Friese vrienden van Philidor 1847, hetzelfde jaar dat de slag om Mexico-Stad plaatsvond, en we te laat waren voor de pepernoot en dus ook best smakelijke lichtroze shotje van de maand van wie ik de naam vergeten ben verorberen, samen met pizza’s met namen als Italiaanse openingen zoals Diavola en onze sympathieke tegenstanders uit Apeldoorn de weg naar de Vrolijke Tuin in Helpman wijzen, en we daarna slechts met twee man naar de kroeg gaan, een mager aantal voor een schaak- en kaartvereniging met zulks een grote mond, al had iedereen best een goede smoes, zodat de afvaardiging van LOS zich beperkte tot het duo De Jong(h) dat zich vermaakt door partijen te bekijken, gelukkig niet de mijne, en met vluggeren met allerlei Sissanen en een enkele GUC’er, en ondergetekende nog een goed gesprek had met Spassky’er Maurits, en onze oud-teamgenoot en inmiddels GUC’er Hummel schitterde door afwezigheid, die ook een kwaliteit offerde door de loper aan de wilgen te hangen maar het schaken dusdanig miste dat hij een team vormt met allerhande schaak-parvenu’s, patsers, snoevers en kibitzers, veelal jongvolwassenen die wel in de kroeg te vinden waren, en ook de periodieke herinnering voorbijkwam dat Jan Joris stopt met schaken als Pastoor een rating van 2000 haalt, waar hij al een decennium tegenaan hikt, zoals hij ook tegen een etentje met een promiscue tennisstel aanhikt bij Werkman die ik alleen van de zeefdrukken ken, waarna Pastoor nachtelijk wederkeerde naar het H’tje waar ondergetekende helaas al het pand had verlaten en het aantal LOS’sers dus op twee bleef staan, maar waar Ernst Jan liet zien dat z’n onofficiële snelschaakrating al decennia boven de 2000 zit, maar met snelschaken zal Jan Joris vermoedelijk wel nooit stoppen, want snelschaken doe je om de knaken die vanonder de asbak als gebraden duiven je bek invliegen, in dezelfde kroeg waar we vrijdag Caspers verjaardag vieren zonder Casper, door te drinken en te klikschaken, de tamelijk briljante schaakvariant, zijn uitvinding samen met Ivo, in die kroeg waar we een dag later Geons verjaardag vieren, maar we helaas Geon op deze zaterdag geen geld afhandig konden maken omdat Geon niet aanwezig was en dus niet naar het toilet ging en Arjan ook niet aanwezig was om een dealtje te sluiten, allemaal hypothetisch en ook wel een beetje pathetisch, en we daarna, na deze gedachten, de kroeg toch echt verlieten, een beetje dronken en voldaan ondanks dat ik nooit meer een schaakpartij win en zag ik daar nou voordat ik m’n fiets pakte nog een stel nonnen de straat oversteken?

Ouderwets LOS

De voortekenen voor een ouderwets avondje los waren er. De wens voor zo’n avond leefde al langer. Vooral bij de teamleider van het KNSB bekerteam. Die kon er helaas niet bij zijn. Vervangend teamleider: dertiger Ernst-Jan Pastoor

Vrijdagavond schaken. Vooraf een bak gezelligheid nog groter dan de bak lasagne die Renze ons voorschotelde. De lokale media aan kijkcijfers helpen. Het OOG-tv loopje analyseren. Waarom klinkt de presentator op tv gemaakt, maar in een podcast wel natuurlijk? Als je een cameraman bent en je gebruikt alleen de Dutch angle, ben je dan lui of een goede marketeer. Gezamenlijk een fles wijn drinken in plaats van in ons eentje. Kortom, een goede voorbereiding.

De sociëteit was zowaar op te warmen binnen afzienbare tijd. Het speeltempo was 100 minuten + 10 seconden en dat Hendrik dat nog wist was heel vervelend volgens sommige. Vorig jaar wonnen we met 4-0 in de beker van Schaakwoude. Dit jaar leek Rauw op 1 iets fitter. Maar goed, zoals in het vorige verslag te lezen begint Renze langzaam op stoom te raken. Renze opende de h-lijn en wist met enkele tactische wendingen zijn stukken optimaal te plaatsen. Niet alles kon meer gedekt worden. Renze won. Interim teamleider op 4 speelde een solide partij. Twee stukken geven voor toren en pion kan best eens verkeerd uitpakken. Maar niet als je gelijk door de stelling heen beukt, de open lijn controleert. Geheel in Pastoriaanse stijl gewoon afwikkelen naar een pionneneindspel met twee meer. Koen zou trots zijn. Sterker nog: Koen is trots. Koen werd later op de avond nog geëerd zelfs. Hendrik stond ouderwets, want dat gebeurt hem nauwelijks meer, na 10 zetten straal gewonnen. Hij ondernam minimaal 2 verliespogingen, maar met wat stellingsgeluk kon hij toch de partij nog winnen. Arjan dacht dat hij beter stond dan de computer later beoordeelde, maar dat soort praat is altijd minder vervelend als je gewonnen hebt. 4-0. Terecht en enigszins geflatteerd.

Ondertussen waren Tjaart en Groen binnengewandeld om de laatste zetten te zien. De kaarten kwamen op tafel. Hendrik kreeg zijn toepontmaagding. Volgens de grote Groen had hij veel talent. Toepen met 5 mensen is lastig. I want it that way zingen in ontbloot bovenlijf op de bar is minder lastig. De bodem leggen voor een brakke zaterdag is ook niet zo moeilijk. Pastoor was jarig en trakteerde. Ben jij ok? Ik dankzij Pastoor wel.

Doe voor vertrek de bandencheck

Er was wat commentaar op de kwaliteit van het vorige verslag. Dus nu moet ik weer een verslag schrijven. Dus ik zit achterin de auto bij Renze en schrijf lekker op mijn laptop. Het wordt 1 take. No takebacks, net als met (online) schaken wat mij betreft. We gaan zien of het beter wordt. En anders alvast om iets naar uit te kijken: onze beroepsjournalist schrijft het volgende verslag.

Nauwelijks te zien geweest in de nationale media, maar het was drama op de weg in Groningen bij de eerste winterse kou. De daaropvolgende code geel die zou gelden tot zaterdagochtend 10.00 uur werd zeer serieus genomen door onze teamleider. Hij blijkt nog zomerbanden te hebben. Ik dacht dat iedereen tegenwoordig van die 4 season meuk had, zeker als je zoals iedereen in Nederland dichtbij de Duitse grens woont. Een levendige discussie tussen teamleider en teamleden over de te maken reis naar Arnhem volgde. De teamleider deelde zijn zorgen, communiceerde en liet ook ruimte voor autonomie bij de teamleden. Uiteindelijk gingen we gewoon met de auto naar Arnhem. Vier stuks, maar liefst. Twee jonge talenten vanuit eigen woonplaats. En nog twee auto’s achterin even goed gevuld als voorin. Jan Joris mocht niet roken in de auto van Dijkstra. Dijkstra praatte veel. Benno minder dan normaal. Over onze auto heb ik het niet. Dan zou ik regel 1 en 2 overtreden.

Zo een nieuwe alinea, daar was ik wel aan toe.

We schaakten in en tegen Arnhem in een pand aan de Vlamoven. Straatnamen kunnen tot de verbeelding spreken. Ze kunnen ook vragen oproepen. Wat voor soort ovens hebben ze hier nog meer in Arnhem? Grappig dat in juist deze straat dan ook een tankstation is. Wel 7 cent duurder dan wat Renze getankt had vanochtend. Paul had ook getankt. Half je op 1 was wat ik persoonlijk van Paul verwacht had.

Arnhem schaakt met veel mensen tegelijkertijd. Leuk zo’n grote club. Toen ik aan het bord kwam, meldde mijn tegenstander me dat hij me niets te drinken aan zou bieden en ook niets van mij hoefde. Na de partij graag een biertje met elkaar. Verfrissend, zowel deze mededeling als het biertje. Een rollercoaster aan varianten, waarvan een aantal op het bord kwam. Uiteindelijk tekenden we de vrede toen het al 3-2 voor LOS stond. Benno had zijn eerste winst van het seizoen gepakt. ‘Iedereen zit wel eens in een fase dat je 0 uit 3 gaat’ ‘Ik ben beter dan Ernst-Jan Pastoor’ “Ik heb gewonnen en dat is me gegund, maar ik heb dan ook wel weer gelijk praatjes”. Goed gedaan Benno. Chaotische pot, viel de goede kant op, had ook anders kunnen lopen leek het. Maar voor schaaktechnische analyses moet je niet bij mij zijn. Naast Benno kreeg Mathijs de vrijheid om zijn lopers richting de koning van zwart te richten. Zijn tegenstander deed hetzelfde, maar Mathijs trok aan het langste eind door zijn paard te geven voor beslissende aanval.

Groen had een wilde variant, maar zijn tegenstander deed hele rustige. Groen provoceerde, maar zijn tegenstander deed hele rustige. Groen was overprikkeld door Dijkstra. Volgende keer bij Renze in de auto. Je zou kunnen zeggen dat Groen door zijn spel zijn tegenstander heeft gedwongen boven zichzelf uit te stijgen. Je zou het ook niet kunnen zeggen. Naast mij kreeg Arjan Dijkstra schaakles van Peter Boel. In de rommelfase leek het alsof het nog kantelde, maar uiteindelijk werkte het niet. Mooi matbeeld toegelaten, sportieve teamleider hebben we ook. Bleven onze talenten over. Koen speelde een beuker van een pot. Geïnspireerd door Bronstein of niet. In ieder geval stukoffers op b5 tegen de Siciliaan. Heerlijk. Paul maakte snel een halfje daarna, want het gaat niet om het schaken. Het gaat om de gezelligheid van het team. Dus gezellig samen eten. Jan Joris deed de baldadige dingen bij afwezigheid van Frits (en Tjaart). Jan Joris probeerde ook shotjes te bestellen bij afwezigheid van Pastoor, maar hij was ook een beetje bang voor de eigenaresse van China Town. Dus het bleef bij thee en bier.

Vrijdag beker. Iemand schrijft het verslag. 14 december volgende KNSB. Benno schrijft het verslag. Groeten vanaf de A50!

geen takeback, wel een post scriptum. Mathijs las het verslag voor in voorin de auto. Tot mijn schaamte ontdekte ik het gemis van Renzes partij. Beste pot, 30 zetten. Eerste 2 ronden niet helemaal blij met zijn eigen niveau. Nu al beter. Siciliaan waar allerlei dingen in gebeuren, kolfje naar zijn hand. Renze rijdt overigens op zomerbanden zonder profiel. Groetjes vanaf de A28 🙂