Loper b4 won niet de partij maar wel de match

Zaterdagochtend op het vernieuwde, naar verluidt geweldig verbeterde, hoofdstation van Groningen. Eindelijk weer eens op reis om een potje te gaan schaken. Ook het gezelschap mocht er zijn: de voormalig teamleider (Arjan) en de huidige captain (Hendrik) van LOS, waren er om me op sleeptouw te nemen tijdens dit grote avontuur. Hendrik, door weer en wind gefietst en zelfs nog op tijd om een banh mi voor Arjan mee te nemen, en Arjan met de eeuwige grijns, een hypermoderne alleswerende jas, en genoeg anekdotes voor dat kleine uurtje. Zoals dat altijd gaat met schakers, belandden we al snel in het verleden, en de laatste keer dat Arjan en ik zo’n reis hadden ondernomen moet toch al gauw 20 jaar geleden zijn geweest. Baarn, NK schaken voor jeugdteams, om 7 uur op om 3 uur later al op je broek te krijgen van één of ander supertalent, dat soort dagen. Tot Arjan één keer de magische zet Lg6 mocht spelen en al die andere keren meteen vergeten waren.



Was er dan helemaal niets veranderd? Ja, concludeerden we: inmiddels speelde je toch meer tegen de tegenstander dan tegen het bord, wat de trainers je destijds graag wilden doen geloven. Want waarom heeft LOS het anders altijd zo moeilijk tegen MSV?

Er waren me bij het tekenen bij LOS twee dingen verteld: LOS verliest vaak de eerste wedstrijd (in de wielerwereld bekend als het Thymen Arensman-syndroom) en Meppel is in de afgelopen jaren een angstgegner gebleken. Ik zal u gelijk maar waarschuwen, er komen nog enkele wielernamen voorbij, stukje beroepsdeformatie. De eerste ronde was al overleefd, nu was het tijd om met het Meppeler monster af te rekenen.

Meppel dus: Fijne plek, dito speelzaal. Eigenlijk wees niks erop dat we hier met een tegenstander te maken hadden die LOS niet goed ligt. Stadscafé Oasis heeft alles wat een schaakliefhebber mooi zou moeten vinden: een bovenruimte alleen voor ons, mooi uitzicht over het plein, een bar binnen loopbereik, een serveerster die zelfs de drankjes komt brengen… Graag meer van dit!

Een rondje langs de opstellingen zag een overwicht voor MSV op de bovenste twee borden, voor LOS op de twee borden daaronder, en een vrij evenwichtige balans op de laatste vier. De evenwichtige wedstrijd is er alleen niet gekomen, want voor het los kon barsten, besliste Mathijs (samen met Benno verantwoordelijk voor de levensgevaarlijke Zwiepende Staart) in zijn eentje min of meer de wedstrijd. Zowel hij en Frits kregen een vervelende variant tegen het Scandinavisch te verwerken, en in een poging de stelling te versimpelen ontstond de volgende stelling (met dank aan de site van Meppel):


Na 10… Pxc3 11. Dxc3 – a5 met de dreiging Lb4. Op 12. a3 kwam echter nog steeds Lb4, en ondanks dat de partij nog helemaal niet beslist is, zorgde de zet voor een dermate grote euforie bij alle LOSsers, dat er vanaf dat moment eigenlijk niks meer mis leek te gaan. Of zoals Tjaart het verwoordde: ‘’Loper b4 won niet de partij maar wel de match.’’

De eerste meevaller kwam op mijn eigen bord. Je droomt van een debuut à la Tom Pidcock met een schitterende partij waardoor je de match voor je team wint, maar je vreest ook een beetje voor een afgang bij terugkeer. Gevolg was dat ik alleen maar halfslachtige zetten produceerde, en mijn sympathieke tegenstander al snel het initiatief kreeg. Een echt slechte zet zorgde voor een positioneel verloren stelling, maar juist op dat moment kwam er een remiseaanbod. De opluchting was groot: 0,5 – 0,5

Arjan zette ons op voorsprong. Alles lijkt altijd makkelijk als Arjan schaakt en vooral daarna over zijn eigen partijen vertelt. Met zoveel talent en zelfvertrouwen kan je alleen maar aan Remco Evenepoel denken. Zaterdag was daarop geen uitzondering: Initiatief vanaf de start, al was er in de opening voor zwart wel degelijk wat te halen. Toen die kans niet gegrepen werd, raakte Arjan helemaal in z’n element en ging er dwars doorheen: 1,5 – 0,5.

Benno is de Quinn Simmons van het stel. Ik vind het een genot om naar die man achter het bord te kijken. Vol vooruit vanaf het begin, een stuk winnen, toch niet een stuk winnen, dat even incasseren, maar dan meteen de kop weer omhoog en in het eindspel weer vol vooruit. Tegen zoveel overredingskracht was de Meppeler defensie niet bestand: 2,5 – 0,5.

Tjaart wilde graag op bord 1, want hoe beter de tegenstand, hoe beter hij presteert. Dat doet denken aan de carrière van Romain Bardet. Soms strandend in schoonheid, maar elke overwinning is een fraaie. Zaterdag was zo’n dag. In een dynamische stelling greep tegenstander Berendsen mis en vanaf toen was het in één rechte lijn naar de finish en de bloemen. Genieten geblazen! 3,5 – 0,5.

De overwinning werd definitief binnengehaald door Floris, de Richard Carapaz van LOS. Een purist die geen enkele complicatie schuwt en altijd uitgaat van zijn eigen kracht. Hij trof met Andries Mellema een tegenstander die er ook zin in had en dat leverde een schitterend gevecht op, inclusief correct damesoffer van wit. De winnende variant was echter dermate lastig te vinden dat Floris kon ontsnappen en zich richting het volle punt vocht. Chapeau, heren! 4,5 – 0,5.

Bij Frits komt er maar één renner in me op, en dat is Geraint Thomas. Het onderkoelde en semi-nonchalante verhult het talent. Zoals eerder gezegd werd hij ook geconfronteerd met de Meppeler variant tegen het Scandinavisch, en met die stelling, plus een tegenstander van het kaliber Dennis de Vreugt, zag het er toch gevaarlijk uit. Frits ontworstelde zich echter zeer knap aan de druk en kreeg in het eindspel zelfs nog de beste kansen, al werd de vrede snel getekend: 5 – 1.

Hendrik speelde min of meer een thuiswedstrijd in de stad waar hij lesgeeft, en dat was te merken aan de keus voor restaurant en hotel. Als captain alle voorwaarden optimaal creëren, en dan ook nog afrekenen met de twee grootste problemen van de afgelopen jaren, dat is in de koers alleen Thomas Voeckler als teamleider gelukt. Op het bord van Hendrik ging het met actieve stukken voor een pion in de opening ook voortvarend, maar in de afronding kon zijn tegenstander de partij toch nog gelijktrekken. Voor de eindzege maakt het geen verschil meer: 5,5 – 1,5

Bleef over: De man van Lb4, Mathijs. Ondanks een licht fysiek ongemak zat hij er en bleef hij rustig zitten, ondanks de moedige pogingen van zijn tegenstander. Een teamgenoot die de rest beter maakt, en zelf ook nog zijn steentje bijdraagt, dat kan alleen maar Victor Campenaerts zijn: 6-2

Gegeten werd er na afloop bij Sukade en dat was hartstikke prima. Het dappere drietal dat er nog een nachtje Meppel aan vastplakte raakte op aanraden van de receptioniste verzeild in Feestcafé de Gieter, voorheen de Buren.

Een kleine bloemlezing van de avond:

Frits en Floris zijn niet het type voor een instapmodelletje Pinot Noir
Mathijs lijkt een liefhebber van Duitse wijnen, maar draait ook zeker z’n hand niet om voor een Moscato d’Asti
De pompoen was 7 keer bereid, Hendrik kan het in 2
Bruisend Meppel is een bestaande drank
Kuifje is het minst diepgaande personage in Kuifje
De kaasplank won het van de Meppeler variant van de Pornstar Martini, voornamelijk vanwege de Twentse bunkerkaas
Het repertoire van Feestcafé de Gieter schreeuwde om de aanwezigheid van Paul ten Vergert
Het is niet de bedoeling dat je een colbert draagt in het Meppeler uitgaansleven
Zuipen is Zilver, Gieten is Goud

Op naar Woerden!

Red: schrijver Ruben Slagter. Verslag tegenstander: https://www.meppelerschaakvereniging.nl/externe-competitie/msv-1/blaadjes

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *