Alles is anders, maar Pallas blijft een lekker hapje.

En toen was daar een Graspurk. Mijn gedachten dit weekend dwaalden vaak af, naar de woorden die Erik-Jan sprak vorige week vrijdag. Vele mooie woorden waren gesproken, maar dit onbegrijpelijke stuk, in volle emotie gesproken, wist zich het best naar binnen te dringen bij mij. Nauwelijks een idee wat er precies gezegd was, maar toch alles voelen dat ermee gezegd was.


Deze zaterdag was er weer tijd voor andere dingen, zoals schaken. Alle LOSsers toverde in 2 zetten een voor hen onbekende stelling op het bord, waarvan iedereen precies begreep wat de bedoeling was. We speelden Frans en Trompowski, een eerbetoon aan onze vriend voor het leven Casper.


Locatie ditmaal was Deventer, bij Pallas, waar voor mij alles en ook het schaken begon. Hartelijk onthaald, ondanks de 8-0 nederlaag van Pallas van vorig seizoen, trapten we 10 minuten te laat (het onthaal liep wat uit) af. Alleen maar 1. .. e6, en bijna alleen maar 1.d4 2.Lg5.. Frits moest een omtrekkende beweging inzetten, omdat niet duidelijk was of na 1.d4 e6 2.Lg5 wel begrepen zou worden. Gelukkig vond hij 2.Pf3 en miste zijn tegenstander Pim 2. …Le7/h6/f6. 


Na dit korte ritueel ontwikkelde zich 7 à 8 interessante stellingen. Reden om dit vaker te doen wellicht. Bij Benno werd de stelling mooier en mooier, vanaf de witte kant bekeken. Als enige enigszins thuis in de opening offerde hij lustig een pion waardoor lopers, paard en toren vrijheid kregen om de stelling van zwart onder vuur te nemen. Toen ik om half 3 de stelling goed bestudeerde leek het me een kwestie van tijd voor hij zou winnen. Toen ik nog een keer goed keek zag ik dat hij al een stuk had geïncasseerd. En toen ik even niet meer keek stond het punt al op het bord.


Als tussendoortje had Benno nog een klein onderonsje met Hendrik. Hendrik had een remise aanbod binnen. Waar Henkie zelf nog wel geloofde in zijn houdbaarheid van zijn stelling hoopte ik vooral dat Benno een goedkeurend “ja, je mag het aannemen,” zou knikken. Dat gebeurde en dat gebeurde. Pallas van de nul af en wij nog steeds een punt voor.

Met Jan Joris erbij is het altijd tof, maar schrijven over zijn partij valt zwaarder en zwaarder. Daar was deze keer echter nauwelijks noodzaak toe! Joris pakt het Frans uiterst kundig aan en kwam fantastisch te staan, helaas raakte zijn tegenstander een niveau, waarbij je je meteen afvraagt of hij in Utrecht op school nog met Hans Niemann had gespeeld. Niets is minder waar, maar toch volgden er zetten die alleen een speler met meer dan 3000 ELO-punten zou kunnen verzinnen. Diep, diep, diep in het eindspel kwam er dan ook een combinatie die zelfs voor Joris niet te houden was en moesten we helaas de nul noteren.

Voor mij was het een weerzien met Morris, en een weerzien met het Frans, dat ik een jaar of 17 geleden heb afgezworen. Maar na de partij van zaterdag overweeg ik toch om wat vaker een kijkje in andere keukens te nemen. Ik vermoede dat Morris er tegen mij het liefst een ongebalanceerde stelling van wilde maken, en daar had ik ook wel zin in. Een onnauwkeurig moment in de opening had me een moeilijke middag kunnen opleveren, maar daarna dacht ik iedere zet dat ik nu eindelijk gewonnen stond, wat steeds niet zo bleek te zijn. Met weinig tijd op de klok ging Morris echter definitief de fout in, waardoor ik ons weer op voorsprong mocht zetten.

Vriend Floris heeft een druk leven en een enorm geheim. Over dat drukke leven vertelt hij gelukkig dat het ook een heel leuk leven is. Over het geheim vertelt hij alleen wat aan intimi, maar gelukkig zijn die intimi niet bang om te spreken. Floris speelde vandaag misschien wel zijn lievelingsopening! Floris is een Francofiel. Of in ieder geval deels. En hij is in ieder geval ook behoorlijk ‘in touch’ met de zwart-kant van de Franse stelling. Vorig jaar kreeg zijn tegenstander Renders geen enkele kans, deze keer op het oog wat meer, maar de kreet ‘de eerste 17 waren niveautje Niemann’ zegt genoeg. Daar is niet tegenop te boksen voor wit. Puntje dus maar weer.

Inmiddels had Tjaart het zwaar gekregen. Creativiteit die mij deed terugdenken aan https://www.los-groningen.nl/de-kech-van-koen. De creativiteit was eigenlijk wat teveel van het goede, maar het stichtte wel verwarring. In deze verwarring ging Tjaart heerlijk schaken, pakte meer en meer voordeel, tot een dikke blunder zwart terug in de wedstrijd liet. En laat deze tegenstander nou net mijn oud-trainer zijn. Kansjes pakken is wat ik van hem heb geleerd, en wat hij zeker zelf nog niet is verleerd. Tjaart moest zijn koning omleggen, en was daar goed ziek van. Is er een dokter in de zaal?

Voor we bij de man uitkomen die altijd het maximale uit zo’n schaakdag haalt, moeten we eerst even naar Frits. Frits werd op zet 2 dus al bijna uit de wedstrijd gespeeld, maar herstelde zich en speelde zetten die hem waarschijnlijk pijn aan de ogen deden. Maar goed dat zwart de directe confrontatie uitstelde, waardoor er uiteindelijk toch gewoon een witte stelling met een gezond centrum tegen meuk op het bord kwam. Ik heb niet meegekregen hoe deze meuk exact gesloopt is, maar het begon met een pion, ging over in aanval en eindigde in (bijna?) mat.

Rest ons Paultje, de grootste liefhebber van allemaal. Na zet twee begon het klagen over hoeveel pech hij had dat zijn tegenstander geen 1. … Pf6 speelde, omdat Lg5 dan zo slecht was. 4 zetten later had hij de boel naar eigen zeggen al heulemaal verneukt, maar eigenlijk was het een prima pot waarin hij steeds iets beter kwam te staan. En pion werd binnengehaald en vervolgens begon het beukwerk om door de zwarte verdediging heen te komen. Tekenend voor de echte liefhebber nam hij daarna wat gas terug, zodat hij nog een tijd in de zaal kon zitten in plaats van aan het bier in de bar. Uiteindelijk toch een punt en bier. En een 5,5-2,5 overwinning.

Na de wedstrijd waren we het even kwijt. Ongewoon voor ons waren we tijdens het schaken doelgericht bezig, maar na afloop vergaten we samen te eten. Of dat wil zeggen, we bedachten samen te eten toen een deel al weg was in de (terechte) veronderstelling dat er niet samen gegeten werd. Maar dat werd er dus wel, door Floris, Paul, JJG en Koen. Hier werd nog driftig gesproken en probeerde Floris zijn spaarzame momentjes met de LOSsers meteen te gebruiken om concrete vakantieplannen te maken. Het wordt gewaardeerd, maar het is oktober. 🙂 JJG deed een kleine de-tour onderweg terug naar Groningen om Paul thuis te brengen. Hendrik moest Amsterdammers helpen rouwen om Napoli en Frits en Benno bewaakten het fort.

Ikzelf trok mee met de Palladianen het kroeggebeuren in. Waar het leuk was, maar waar ik, toen de laatste man de kroeg uitliep om 22:30, tot de conclusie kwam dat het voor mij toch LOS moet zijn.

In memoriam Casper Rupert


Met veel verdriet moeten we melden dat onze lieve vriend en clubgenoot Casper Rupert is overleden. Casper was een zeer creatieve en talentvolle jongen: een pianist, een dichter en een schaker. Bovenal zullen we Casper herinneren als een ontzettend lieve, zachtaardige en eerlijke jongen, oprecht geïnteresseerd in anderen.
Casper worstelde al jaren met zichzelf, maar genoot ook zichtbaar van het leven.

Namens LOS wensen we iedereen veel sterkte toe.

Een woord van Erik-Jan:
Altijd zullen we Casper missen

Met Casper Rupert is een stille held heen gegaan. Hij had geen grote drang naar de schijnwerpers of om zich te veel toe te eigenen. Vaak bleef hij op de achtergrond, en dat wekte verbazing. Hij kon namelijk bijna alles: uitleggen hoe Schubert gespeeld moest worden, een moeilijke dichter interpreteren. Het was Casper die de taal naar zijn hand kon zetten en anderen kon verbeteren, zonder een spoor van zelfgenoegzaamheid. Hij kon ook een hele groep tegenspreken en iemand flink de waarheid zeggen, zonder ergernis of stemverheffing. Iedereen wist dat hij vrijwel altijd gelijk had. Hij, meer dan een ander, vroeg ook vaak hoe het met je ging, niet voor de vorm, maar uit oprechte belangstelling. Hij vroeg door, dacht mee. Als iemand kwaad was geweest, was Casper vaak degene die even de boel kon sussen. Diverse schaaktrainers noemden hem het grootste talent dat ze ooit hadden gezien. Met al dat talent en al die intrinsieke goedheid, redde Casper het toch niet. Misschien miste hij alleen de drang, de ambitie. Zo woonde hij opeens in Sappermeer, had hij vele verschillende baantjes. Wat gunden we hem net iets meer doorzettingsvermogen. Voor de afgelopen zomer trof ik hem blij: hij had een fijne baan, en even later, wederom blij: hij had een appartement in Groningen. Tijdens ons weekendje weg, tussen neus en lippen door, want hij bekommerde zich meer om anderen: ja, een vrouw zou leuk zijn. En dan toch.

Het doet veel pijn dat hij, die zo veel belangeloos voor een ander deed, het stille bindmiddel van onze club, ons heeft verlaten. En we zullen hem missen als we hopen dat iemand iets intelligents zegt, of de waarheid, of als we willen vertellen hoe het met ons gaat, of eigenlijk: altijd, altijd zullen we Casper missen.

Hoe LOS te zijn

Op 17 september mochten wij aantreden tegen zoals Koen zijn tegenstander schijnt te hebben gezegd “de kampioen van dit seizoen” Assen. Assen de stad van het Drents Museum, de TT en vroeger het verkeerspark. Maar ook het Assen van Renze, waar hij ons van harte welkom heette in zijn nieuwe “crib” en ons fêteerde op koffie en gemarineerde flat iron steak. Het Assen van “De kleine Griek” het mythosche restaurant waar Frits ooit minimaal 7 Ouzo verorberde. Het Assen waar Stadspartij Plop de grootste partij werd. Oftewel Assen, de hoofdstad met Charme!
Maar goed, hoe kom je daar? Op de fiets? Met de auto? Met het OV? Wil Renze je dan wel halen? Of gaat “lifetime BOB” Koen weer rijden? Durft Hummel weer te rijden? Gaan we toch op de fiets? Wat is eigenlijk “te veel regen”? Eindstand; maar 1 fietser. Wellicht was dit een voorbode.
Qua voorbereiding leek alles zo goed op orde; een deel speelde een zomertoernooi in Parijs, we genoten van een weekend in Orvelte met de bijna voltallige vereniging. We kozen een nieuwe teamleider (columnist van voorheen het Nieuwsblad, Benno). We bleven compleet en we spraken af dat we geen verwachtingen zouden uitspreken over het resultaat van dit seizoen. Gewoon genieten en altijd spelen voor de overwinning. Wat kan ons gebeuren?
Nou, Assen kon ons gebeuren… Paul wist het na 20 minuten al; iedereen stond slecht, slechter, slechtst. Zo erg als Paul denkt dat het gaat, is het natuurlijk nooit. Maar helaas was het team niet bij machte om Paul zijn ongelijk te bewijzen.Schrijver dezes streeft naar een zorgvuldige controle van de informatie die hij in dit verslag plaatst, zodat de informatie actueel, nauwkeurig, feitelijk juist en dus betrouwbaar is. De inhoud van het verslag (met inbegrip van de analyses) kan steeds zonder voorafgaande aankondiging of kennisgeving worden verbeterd, gewijzigd, aangevuld of verwijderd.Op 1; JJG stond na 20 zetten weer ongeveer in de beginstelling en had net als opponent Ivo tijdnood. Helaas maakte JJG het foutje. Een 0.Op 2; Paul maakte op een of andere manier toch remise na veel minder te hebben gestaan. Voor Paul zoals wij allen weten een heel bevredigend resultaat.Op 3; EJH. Offerde een pion, kwam lekker te staan, maar vergat om toen door te drukken. Ergens verdween er nog een pion waarna het eigenlijk niet spannend meer werd.Op 4; Koen. Kwam op een gegeven moment buiten vertellen dat hij een hele slechte had gedaan, waarbij zijn goede stuk weg was, en hij miste een pion. Zelfs Koen kwam dit gemis niet meer te boven.Op 5; ikzelf. Eigenlijk helemaal niet zo’n slechte partij die ik enigszins verregend startte. Maar dat wat ik vroeger goed kon (tactische trucjes) is al even weg. Ik moet waarschijnlijk gewoon weer even in training bij Paul Z en Hiddo Z. Mijn weer sympathieke tegenstander Elmar gaf mij hierna nog eenmaal de kans om terug te keren in de partij. Ook dit was niet aan mij besteed. Op 6; Renze. De enige partij waar iedereen gedurende de dag telkens positief aan refereerde. Maar een klein foutje kan je dan een halfje kosten. Op 7; Hendrik. Hendrik en ik hadden na 20 zetten graag elkaars stelling gehad. We hebben zelfs overwogen om te kijken of het op zou vallen als we dat ook gewoon opvolging zouden geven en zonder blikken of blozen van bord zouden wisselen. Helaas niet gedaan. Hendrik koos voor een aanvalsplan met een pion minder. Deze pion bleek er later 1 te veel.Op 8; (wellicht voor het laatst) Arjan. Trekken, duwen, winst weggeven, verlies ook weggeven. Remise maken. Eigenlijk heb ik gewoon het einde gemist. Halfje zal dan wel op zijn plaats zijn.
Wat er hierna allemaal gebeurde is moeilijk in een openbaar verslag onder woorden te brengen.

  1. Paul wilde om 22.00 uur in Heerenveen zijn.
  2. Hummel werd niet geappt door Johanneke.
  3. Arjan werd tegen alle statistiek in nog geen vader.
  4. Frits en Jan Joris zijn zwagers van elkaar.
  5. Een Hypotheek is slechter dan een studieschuld. Of juist beter.
  6. Er ging iets mis met onze whatsapp groepen. We zullen nooit weten waar dit aan gelegen heeft.

En toch zijn wij heerlijk gaan eten bij de Kleine Griek. Waar ze de Metaxa schenken zoals bij een slechte gangbang, met 2 sterren te weinig. Maar gezellig was het wel. En eigenlijk waren we de nederlaag al weer rap vergeten en hebben we ons zoals het hoort gefocust op de 7 rondes die ons nog te wachten staan. Slechts Koen “kunstgebit” Lambrechts en Hendrik “ik kan begrijpen dat je op zo’n moment op zoek gaat naar een Alejandro” de Groot vertegenwoordigden ons in H’tje. Dat deden zij naar behoren, maar ook hier zullen wij er weer moeten staan de volgende ronde. Als team. Als mannen. Als LOS.
Onze nieuwe teamleider wist dit alles van een goed te verwoorden: “bij sommigen lijkt de nederlaag harder aan te komen dan gedacht….Ik stel voor om deze dag te gebruiken om de wonden te likken. Verliezen kan een keer gebeuren, maar dan moet je in de wijze van verwerken wel proberen een winnaar te zijn.”

EJP